Indien uw boekjaar gelijkloopt met het kalenderjaar, dan moet u uw aangifte vennootschapsbelasting uiterlijk op 26.09.2019 indienen. Maar wanneer valt de deadline indien uw vennootschap een gebroken boekjaar heeft? En wat zijn de mogelijke sancties indien u die deadline niet haalt?
Aangiftetermijn
Boekjaar = kalenderjaar. Loopt uw boekjaar tot 31.12.2018, dan moet u uiterlijk op 26.09.2019 uw aangifte in de vennootschapsbelasting indienen.
Gebroken boekjaar. Voor boekjaren die afsluiten in de loop van 2019, hangt de uiterste indieningsdatum ook af van de maand waarin de jaarvergadering gehouden wordt. Raadpleeg de overzichtstabel van de FOD Financiën (https://financien.belgium.be/sites/default/files/downloads/162-tabel-aangiftetermijnen-aj-2019.pdf ).
Wat indien uw aangifte laattijdig is?
Boete en belastingverhoging. Raakt de aangifte niet tijdig ingediend, dan kunt u een boete krijgen van € 50 tot € 1.250 (art. 445 WIB 92; art. 229/1 KB/WIB 92) . Bovendien kan er ook een belastingverhoging opgelegd worden (art. 444 WIB 92) , die bij een eerste overtreding 10% bedraagt. In het geval van een tweede, derde, vierde en volgende inbreuk, wordt de sanctie verhoogd met respectievelijk 25%, 50%, 100% en 200% (art. 225-229 KB/WIB 92) .
Tip. Is er geen sprake van kwade trouw, dan ‘kan’ uw controleur afzien van het minimum van 10% (art. 444, lid 2 WIB 92) .
Forfaitaire minimumwinst. De fiscus kan een vennootschap die haar aangifte niet of te laat indient, belasten op een forfaitair bedrag (art. 342, §3 WIB 92) . Hierdoor is het voor de fiscus heel wat gemakkelijker om nalatige belastingplichtigen toch een aanslag te bezorgen. De controleur hoeft dan immers geen tijdrovende ‘tegenberekeningen’ te maken van de belastbare winst, die bovendien bijna altijd voor discussie vatbaar zijn. Het bedrag waarop de fiscus u zo kan belasten, kan verschillen van sector tot sector en hangt in bepaalde gevallen ook af van het aantal werknemers en de omzet (art. 182 KB/WIB 92) , maar bedraagt minimaal € 34.000. Sinds het zomerakkoord kunt u hierop geen enkele aftrek meer toepassen (bv. vorige verliezen, de notionele interestaftrek, investeringsaftrek, enz.), indien de aanslag gepaard gaat met een belastingverhoging van ten minste 10%.
Let op! Vanaf aanslagjaar 2021 (voor boekjaren die ten vroegste aanvangen op 01.01.2020) wordt de forfaitaire minimumwinst opgetrokken tot € 40.000. De te betalen vennootschapsbelasting bij niet- of laattijdige aangifte bedraagt dus minimaal € 10.000:
Aanslagjaar - Minimum belastbaar - Tarief - Te betalen belasting
2019 € 34.000 29,58% € 10.057,20
2020 € 34.000 29,58% € 10.057,20
2021 € 40.000 25% € 10.000,00
Wordt dit ‘strikt’ toegepast? De fiscus moet immers steeds de ‘normale’ procedure volgen als hij uw vennootschap op die forfaits wil belasten. Dit betekent dat de controleur eerst een ‘kennisgeving van aanslag van ambtswege’ moet sturen, waarop u vervolgens een maand de tijd krijgt om te antwoorden, enz. Bovendien kan de fiscus de belastbare winst ook volgens de ‘klassieke’ methodes proberen vast te stellen (bv. op basis van de btw-aangiftes of volgens tekenen en indiciën). Als er op die manier aangetoond kan worden dat het belastbaar resultaat een stuk groter is dan € 34.000, dan is de kans uiteraard zeer groot dat u op dit grotere bedrag ook belast zal worden.
Let op! Vermits het om een aanslag van ambtswege gaat, wordt de bewijslast omgekeerd en is het dan m.a.w. wel aan ú om aan te tonen dat de laattijdige aangifte van uw vennootschap juist is (via een bewijskrachtige boekhouding, enz.).
U moet uw aangifte vennootschapsbelasting in principe uiterlijk op 26.09.2019 indienen. Als u geen of een laattijdige aangifte indient, kan de fiscus u via een ‘kennisgeving van aanslag van ambtswege’ belasten volgens een forfaitaire winst voor uw sector met een minimum van € 34.000, tenzij u bewijst dat uw belastbare winst lager is.
Comentários